ABOUT


EN

Gert De Clercq's multidisciplinary artistic practice begins with a careful examination of everyday, complex reality. He dissects material and immaterial systems, focusing on the interfaces between different or opposing realities. By juxtaposing fiction and reality, backstage and frontstage, or negative and positive, he challenges the viewer's perception and creates a sense of disorientation. He considers structures as barriers, boundaries or demarcations on the one hand as a means of taking a position within spatial dimensions, with a link to social dynamics. On the other hand, the same structures provide pictorial elements to take position in a visual composition, to suggest a rather aesthetic experience.

Gert De Clercq's art practice often consists of multiple meanings and references, ambiguity, divergent associations and humour. Objects, artefacts and installations rarely show a definitive final image, are temporary in nature or remain modular. On occasion, spectators are involved in the activation of the work to challenge their perception and emphasise spatial awareness.
NL

De multidisciplinaire artistieke praktijk van Gert De Clercq vertrekt van een aandachtige beschouwing van de alledaagse, complexe werkelijkheid. Hij ontleedt tastbare en immateriële systemen met een focus op de raakvlakken tussen verschillende of tegengestelde realiteiten. Door fictie en werkelijkheid, backstage en frontstage of negatief en positief tegen elkaar uit te spelen, daagt hij de perceptie van de toeschouwer uit en creëert een zekere desoriëntatie. Structuren als barrières, grenzen of demarcaties gebruikt hij enerzijds als een middel om een positie in te nemen binnen ruimtelijke dimensies, met een link naar sociale dynamiek. Anderzijds vormen diezelfde structuren beeldelementen om positie in te nemen in een beeldende compositie, om een eerder esthetische ervaring te suggereren.

De kunstpraktijk van Gert De Clercq bestaat dikwijls uit meerdere betekenissen en referenties, dubbelzinnigheid, afwijkende associaties en humor. Objecten, artefacten en installaties tonen zelden een definitief eindbeeld, zijn tijdelijk van aard of blijven moduleerbaar. Bij gelegenheid worden toeschouwers betrokken in de activatie van het werk, om zo hun perceptie uit te dagen en het ruimtelijk bewustzijn te benadrukken.